The Bell Notes

The Bell Notes waren een vroege Amerikaanse rock-'n-rollgroep uit de East Meadow-buurt op Long Island, New York.

The Bell Notes traden regelmatig op in de Bronx in de jaren 50 en speelden in een bar van de vader van Ray Tabano; hij en Steven Tyler (van Aerosmith) speelden af ​​en toe tussen de optredens van The Bell Notes door en coverden hun nummer "I've Had It". De New Yorkse dj (WADO) Alan Fredericks zag de groep spelen op een platenhop op Long Island en zag de potentie van de groep. In 1958 nam hij "I've Had It" op in een opnamestudio op Times Square in New York. De sessie kostte in totaal $50. Hij bracht het nummer in de stad onder de aandacht en de groep werd uiteindelijk gecontracteerd door Bob Shad. Hij was bezig een nieuw label op te zetten en vond de band ideaal vanwege het rauwe geluid van de opname en de pakkende melodie. "I've Had It", uitgebracht op Time Records, was in maart 1959 een nationale hit in de VS en bereikte de zesde plaats in de Billboard Hot 100. Ze brachten in 1959 nog vier singles uit – "Old Spanish Town", "That's Right", "You're a Big Girl Now" en "White Buckskin Sneakers & Checkerboard Socks" – maar alleen "Old Spanish Town" haalde de hitlijsten, met een piek op nummer 76.

De band werd gemanaged door Natalie Fredericks.

In 1960 tekenden ze een contract met Madison Records en brachten twee singles uit: "Shortnin' Bread" en "Friendly Star". "Shortnin' Bread" bereikte nummer 96 in de VS en was hun laatste hit; ze gingen in 1962 uit elkaar.

In 1959 verscheen de groep in de serie Nu-Trading Rock 'n Roll Trading Cards.

Leden

Carl Bonura – zang, saxofoon

John Casey – drums

Ray Ceroni – zang, gitaar

Lenny Giambalvo – basgitaar

Peter Kane – piano